Dan zult u in leven blijven.

Jeremia 27:12-22

12 Ik sprak dezelfde woorden tot koning Sedekia van Juda: ‘Laat u het juk van de koning van Babylonië opleggen, onderwerp u aan hem en zijn volk, dan zult u in leven blijven. 13 Waarom zouden u en uw volk sterven door het zwaard, de honger en de pest? Want daarmee heeft de HEER ieder volk gedreigd dat zich niet aan de koning van Babylonië wil onderwerpen. 14 Luister niet naar de profeten die u oproepen u niet aan hem te onderwerpen. Ze profeteren leugens. 15 Hoewel Ik hen niet gezonden heb – spreekt de HEER – profeteren ze in mijn naam, en nog leugens ook. Daarmee bereiken ze slechts dat Ik jullie verdrijf en dat jullie samen met die profeten zullen omkomen.’ 16 Ook sprak ik tot de priesters en het volk van Juda: ‘Dit zegt de HEER: Luister niet naar jullie profeten, die zeggen dat de kostbaarheden uit de tempel van de HEER spoedig uit Babel worden teruggebracht. Ze profeteren leugens. 17 Luister niet naar hen. Onderwerp je aan de koning van Babylonië, als jullie in leven willen blijven. Waarom zou deze stad in puin moeten vallen? 18 Als ze echte profeten zijn en de woorden van de HEER spreken, laten ze dan de HEER van de hemelse machten ertoe bewegen dat Hij de kostbaarheden die nog in de tempel van de HEER, in het paleis van de koning en in Jeruzalem zijn overgebleven, niet in Babel laat terechtkomen. 19 Want dit zegt de HEER van de hemelse machten over de tempelzuilen, de Zee, de verrijdbare onderstellen en de rest van het tempelgerei dat nog in deze stad is, 20 over alles wat koning Nebukadnessar van Babylonië nog niet heeft meegenomen toen hij koning Jechonja, de zoon van Jojakim, en alle vooraanstaande burgers van Juda en Jeruzalem naar Babel voerde: Alles zal naar Babel worden gevoerd. 21 Ja, dit zegt de HEER van de hemelse machten, de God van Israël, over de kostbaarheden die in de tempel van de HEER, in het paleis van de koning en in Jeruzalem achtergebleven zijn: 22 Alles zal naar Babel worden gevoerd, en daar zal het blijven tot de dag dat Ik er zelf voor zorg dat het naar Jeruzalem wordt teruggebracht – spreekt de HEER.’(NBV21)

We kennen ze wel die paniekzaaiers. Die ons wilden wijsmaken dat de terroristen in Afghanistan gemakkelijk gepakt konden worden. De vertelden dat er in Irak wapens voor massavernietiging lagen opgeslagen die ons allemaal bedreigden. Tegenwoordig weer het toonbeeld van deugdzaamheid. Het land dat zo goed kan spioneren dat de president van Amerika eerder het tijdstip van de Russische inval in Oekraïne kende dan de soldaten aan het front. Het antwoord op die inval is niet alleen de hulp die Oekraïne verdient en de sancties die Rusland eigenlijk zichzelf oplegt maar ook een versterking van het militaire verbond waartegen Rusland zegt op te komen. Die militaire verbonden tegen wereldmachten worden in de Bijbel zeer bestreden. Dat verzet kost alleen maar mensenlevens.

Hoe fout de machthebbers in Rusland ook handelen die soldaten zijn ook onze broeders die nu door het handelen van hun machthebbers ter dood worden gebracht. Jeremia raad zijn koning aan zich aan Babylon te onderwerpen. In de praktijk zal dat betekenen dat Juda jaarlijks een belasting aan Babylon zal betalen maar verder vrij zijn in het inrichten van de samenleving. Het belangrijkste deel van die samenleving is voor Jeremia de Tempel in Jeruzalem. Verzet tegen Babylon zal betekenen dat de Tempel zal worden gesloopt en alle mooie kostbare voorwerpen uit de Tempel naar Babylon zullen verhuizen. Zoals telkens in de geschiedenis gebeurd worden de problemen over de schutting van God geworpen. De God van Israël had hen uit de slavernij van Egypte bevrijdt en beschermd tegen de Filistijnen.

Die God zal ook nu wel voor hen strijden en de legers van Babylon tot de orde roepen. Jeremia bestrijdt die houding. Je moet zelf kiezen voor de weg van bescherming. In de dagen van Corona had God gezorgd voor vaccins die moeten we dus in dankbaarheid aanvaarden en dan niet roepen dat God zijn kinderen wel zal beschermen. De geschiedenis van onze verhouding met Rusland leert ons dat de grens van het Gij zult niet doden veel eerder moet worden getrokken. Vergiftigen van oppositieleiders, bombarderen van burgers in een ander land, absolute macht uitoefenen moet in een zeer vroeg stadium worden aangepakt. Dictators en militaire dictaturen moeten voortdurend gemaand worden zich volgens de richtlijnen voor de menselijke samenleving te gaan gedragen. Nu kan de liefde voor de minsten laten zien waar de kracht van gelovigen ligt. Die hulp moeten we ook vandaag dan maar weer laten zien.

 

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *